President Biden spreekt veto uit over afschaffing richtlijn SEC

De Amerikaanse president Joe Biden heeft nu officieel zijn veto uitgesproken over de afschaffing van SEC-richtlijn SAB 121. Dit maakte het Witte Huis bekend in een persbericht. Zowel het Huis van Afgevaardigden als de Senaat hadden eerder voor afschaffing van de richtlijn gestemd. Biden had toen al aangekondigd dat hij er actie tegen zou ondernemen.

SAB 121 wordt in de cryptosector als controversieel beschouwd omdat de SEC vereist dat banken en andere financiële instellingen cryptocurrencies die in bewaring worden gehouden voor klanten als passiva op hun eigen balans erkennen. Een kostenintensief proces dat vooral kleinere bedrijven benadeelt bij het werken met aanbieders van cryptodiensten, aldus critici.

Biden en het Witte Huis zien dat anders. In de brief staat: “De door de Republikeinen geleide resolutie zou het vermogen van de SEC om passende vangrails in te stellen en toekomstige problemen aan te pakken op ongepaste wijze beperken.”

De intrekking zou de brede autoriteit van de SEC over boekhoudpraktijken ondermijnen, vervolgt de president. “Mijn regering zal geen enkele actie steunen die het welzijn van consumenten en investeerders in gevaar brengt.”

Biden sprak daarom zijn veto uit over het wetsvoorstel, maar gaf tegelijkertijd aan bereid te zijn om samen te werken met het Congres.

De verdere procedure in de VS voorziet er nu in dat het voorstel wordt terugverwezen naar de oorspronkelijke kamer, het Huis van Afgevaardigden, en opnieuw wordt besproken. De leden van het parlement kunnen echter ook met een tweederde meerderheid het veto van de president terzijde schuiven.

Na het Huis van Afgevaardigden gaat het voorstel dan naar de Senaat. Als ook hier een tweederde meerderheid wordt behaald, wordt de wijziging van kracht (zelfs zonder goedkeuring van de president).

Het is echter onwaarschijnlijk dat dit scenario werkelijkheid wordt. De Republikeinen hebben een meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Maar in de Senaat zal de weerstand vanuit het Democratische kamp waarschijnlijk te groot zijn om een tweederde meerderheid te behalen.